Overslaan en naar de inhoud gaan

De verhoogde investeringsaftrek voor energiebesparende maatregelen is een verhoging van de  standaard investeringsaftrek, die toegekend wordt aan investeringen die leiden tot een daling van het energieverbruik.  De verhoging bedraagt steeds 10%, en de totale aftrek hangt dus af van de hoogte van de basisaftrek. Voor aanslagjaar 2013 (investeringen in 2012) bedraagt deze laatste 5,5%, wat de totale aftrek op 15,5% brengt. 

Om in aanmerking te komen voor de verhoogde investering, moet een energiebesparende maatregel onder één van volgende categorieën ondergebracht kunnen worden: 

  • beperking van de energieverliezen in bestaande gebouwen of in bestaande broeikassen;
  • beperking van het energieverlies door in gebruik zijnde apparaten, leidingen, afsluiters en kanalen te isoleren of in gebruik zijnde warme of koude vloeistofbaden af te dekken;
  • beperking van het energieverlies in bestaande ovens;
  • beperking van het ventilatieverlies in bestaande gebouwen;
  • terugwinnen van afvalwarmte;
  • aanwenden van expansie-energie die vrijkomt bij bestaande productieprocessen of bij de ontspanning van fluida onder druk gebracht voor transport;
  • warmte-kracht-koppelingsapparatuur;
  • verbrandings-, verwarmings-, klimatiserings- en verlichtingsapparatuur;
  • industriële productieprocessen;
  • productie en gebruik van energie door chemische, thermochemische of biochemische omzetting van biomassa en afvalstoffen;
  • energieproductie op basis van hernieuwbare energieën;
  • vervoer via spoor- of waterweg.

Voor de meeste van deze categorieën dient aan bepaalde voorwaarden voldaan te worden vooraleer men ook werkelijk aanspraak kan maken op de verhoogde aftrek. De opgelegde voorwaarden zijn doorgaans echter meer dan redelijk.

Niet in alle gevallen komen de volledige kosten in aanmerking voor de aftrek. In categorie 8, wordt de aftrek voor vervanging van apparatuur slechts toegekend evenredig met de rendementsverhoging van de nieuwe apparatuur of installatie. Een rendementsverhoging van 50% zorgt er bijvoorbeeld voor dat 50% van de investeringskost in aanmerking komt. 

Rekenvoorbeeld

Hoewel de verhoogde investeringsaftrek natuurlijk mooi meegenomen is, zal de uiteindelijke fiscale winst een relatief beperkt percentage van de volledige investering dekken. Indien u bijvoorbeeld een bestaande ketel met een rendement van 60% vervangt door een ketel met een rendement van 90%, verhoogt u het rendement met 50%, en komt bijgevolg 50% van het investeringsbedrag in aanmerking. Hiervan kan u 15,5% inbrengen als investeringsaftrek. Indien u een vennootschapsbelasting van 33,99% betaalt, betekent dat dat u

50% x 15,5% x 33,99% = 2,63% 

van uw totale investering uitspaart aan belastingen. Indien voor een ander maatregel de volledige investering in aanmerking komt wordt dit 

100% x 15,5% x 33,99% = 5,27%. 

U kan dus maximaal 5,27% van de totale investering uitsparen aan belastingen. Zoals eerder gesteld is dat steeds mooi meegenomen, maar zal u op basis hiervan alleen doorgaans geen investeringsbeslissing nemen. 

Hebt u vragen omtrent de verhoogde investeringsaftrek, of hulp nodig bij het berekenen van rendementsverhogingen, aarzel niet om ons te contacteren. Wij kijken graag samen met u hoe we kunnen bijdragen aan een geslaagd dossier voor verhoogde investeringsaftrek.